Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Te lelijk voor #metoo

Ja, ik ken de man, maar ik ken de feiten niet. Ik ken de feiten niet, maar het verhaal verbaast me niet.Omdat soortgelijke verhalen doen denken aan soortgelijke feiten, soortgelijke herinneringen. Ik was veertien toen ik voor het eerst een geil wijf genoemd werd. Een fan van mijn poëzie vond het nodig me dat te vertellen. Dat dat toch uiteindelijk het enige was, wat telde. Ik schreef gedichten, maar mijn neukbaarheid was belangrijker dan wat ik te zeggen had. Een jaar later werd ik anoniem beticht van het pijpen van een jurylid van een wedstrijd. Ik had namelijk gewonnen en dat kon niet volgens de betichters. Ik was waardeloos en de enige reden dat ik die wedstrijd had kunnen winnen, was door mijn orale prestaties backstage. Het was een kinderwedstrijd, de kunstbende, voor jongeren van dertien tot negentien. Ik was vijftien.  Een half jaar later gaf iemand me het advies om mijn frigiditeit aan te pakken. Kunst maak je met je kut, want dat is de bron van het leven. Wie zit er eigenlijk
Recente posts

Opera

Het is niet de eerste keer dat ik probeer een boek te schrijven. Als puber ben ik ooit eens begonnen aan het beschrijven van mijn dagelijkse rit naar school in een roman, getiteld Opera. Dat was tijdens het jaar dat ik op de kunsthumaniora zat. Ik was toen veertien en voor het eerst in mijn jonge leven was het me toegestaan om zelfstandig de bus en daarna de tram te nemen richting de school. Dit in tegenstelling tot de vertrouwde en aanzienlijk kortere fietstocht naar het college van de jaren voorheen. Dat was de weg die mijn oudere zussen ook kenden en mij hadden aangeleerd. Dat was de weg die we verondersteld werden te volgen tot we groot genoeg waren om een andere weg te kiezen. Ik was vroeger dan verondersteld beginnen kiezen voor een andere weg. Ik had aangedrongen op de kunsthumaniora en dat was, volgens mijn oma, te ver om te fietsen. Ik kreeg een busabonnement en op mijn eerste schooldag werd ik nog vergezeld door een van mijn zussen die moest checken of ik de weg effectief von

Warwinkel

Ik ben inmiddels een dikke week van Koraal weg en heb al enkele keren de weg naar de coworkingspace* gevonden. De eerste 3500 woorden voor het beruchte boek zijn opgeschreven. Ik probeer nu uit mijn hoofd te weren dat ik dat nog zo’n vijfentwintig keer opnieuw hoor te doen vooraleer ik iets heb wat op een boek begint te lijken, maar goed. De kop is er af. Nu stuit ik weereens op het gegeven dat ik precies toch niet zo goed weet waar ik naartoe wil gaan. Ik ben nog heel snel afgeleid en weet ook echt niet waaraan of waaraf. Ik ben gewoon aan het schrijven en ik weet niet wat ik wil zeggen. Dat is altijd mijn probleem geweest. Ik voel wat ik wil zeggen, maar ik weet het niet. Iets met trauma en stijgen op de sociale ladder en cultureel kapitaal, daar moet het over gaan. En ondertussen proberen mezelf niet te censureren of te editen terwijl ik schrijf, want ik blijf het gevoel hebben dat wat ik aan het schrijven ben kant noch wal raakt en dat ik de juiste kennis van zaken mis om hetgene w

Ik meen het.

Gisteren was mijn laatste dag op Koraal en ik heb het gevoel dat de grote vakantie begonnen is. Alsof ik afgestudeerd ben met grote onderscheiding. Het is een volkomen nieuw gevoel, trots te zijn op mijn prestaties. Ik heb de voorbij zestien maanden echt gepeerd. Maar het is niet alleen trots dat ik voel. Er is ook een immense dankbaarheid voor de hulp die ik heb ontvangen, zowel van de professionele hulpverleners daar als van mijn “collega’s”.  De trots en de dankbaarheid overstemmen vandaag de angst en het schuldgevoel die er eens alleen heersten.  Ik ben zestien maanden geleden in een therapeutisch traject gestapt met een immens laag zelfbeeld en angst om buiten te komen. Het enige wat er voor zorgde dat ik geen paniekaanvallen had, was de door mijn huisarts voorgeschreven Seroxat, waar ik vijftien kilo van verzwaarde op belachelijk korte tijd. Al mijn negatieve Coronakilo’s had ik er in een oogwenk terug aangevreten. Maar ik hyperventileerde tenminste niet meer. In februari vorig j

Dipje

 Er ligt terug een enorme brok aan zelfcensuur op me. Ik had me voorgenomen om elke woensdag en elke zaterdag een half uur lang te typen. Iets. Zonder zelfcensuur. Aanvankelijk ging dat eventjes vlot. Tot ik een mail kreeg. Geen slecht bedoelde mail. Maar een die toch zwaar op de maag lag. Ik voelde me plots bekeken. Beoordeeld. Veroordeeld. Dat is mijn eigen verhaal, ik weet het. Mijn bewustzijn is doorspekt van schuldgevoel en minderwaardigheid. Ik reageer ongelofelijk slecht op kritiek, terwijl ik in principe een enorm voorstander van kritiek ben. Ik ben namelijk zelf ook erg kritisch, naar het schijnt. Maar het minst puntje van kritiek, doet iets in mij enorm steigeren. Voor een fractie van een seconde dan. Razend kwaad. Hoe durft gij! En razendsnel verandert dit hoe-durft-gij in een hoe-durf-ik! Razend kwaad op mezelf omdat ik iets gedaan heb dat… ja wat eigenlijk? Omdat ik überhaupt iets gedaan heb. Omdat ik buiten mijn veilige passiviteit getreden ben, waarin ik niemand kan kwet